
Als ik op de D81 rijd kom ik vanzelf een camping tegen. Camping D’ Olzo. Het is een prima camping met ruime schaduwplekken onder de bomen.
Er is een restaurant bij met goede cappuccino. Er wordt veel Italiaans en Frans gesproken. De bazin spreekt ook Engels, de baas echter niet. Als je er helemaal niet meer uitkomt wordt de bazin er wel bij gehaald.

De volgende dag rijd ik over kleine weggetjes een stukje door het binnenland. Corsica is echt bergachtig. Veel bergachtiger dan ik gedacht had. De weggetjes zijn zo smal dat je er bijna niet boven de 30 km/h komt.

Na enkele kilometers binnendoor te hebben gereden kom ik weer bij de kust met fantastische uitzichten over de zee.

De westkust is naar mijn mening het mooiste deel van Corsica.

Aan het eind van de middag kom ik na een gigantische slingerweg via de D155 in het plaatsje Serra di Ferro. Ik kom terecht op camping U Turracconu. Op zich een leuke camping, maar wel één die nog in ontwikkeling is.

De volgende morgen word ik door de zon mijn tent uitgebrand. Dus ik vertrek op tijd. Ik zak af naar het zuiden, richting Bonifacio. Daarna rijd ik via het binnenland naar het noorden om door het hoge Corsica te rijden.

Op redelijk veel wegen zijn er wegwerkzaamheden, dat uit zich in enkele zeer mooie wegen met mooi asfalt.

Dat het hoog is op Corsica is te zien aan het bord. Sneeuwkettingen in de winter!

In het binnenland rijd ik richting Corte. Het is zeer rustig op de wegen en je blijft er sturen. Zwijntjes lopen er vaak op de weg, ik zal ze niet wild noemen want ze zijn zo tam als wat.

Het Binnenland van Corsica is heel erg mooi. De wegen zijn wel een stuk minder als het wegennet aan de kust.